Burgerschap
Visie op burgerschap Spoorzoeker
De visie van Kbs De Spoorzoeker sluit aan op de visie die door INOS is vastgesteld. We zien de school en haar omgeving als een belangrijke oefenplaats. Leerlingen kunnen ervaringen opdoen en hun vaardigheden oefenen en deze verder ontwikkelen. Behalve op het niveau van klas en school ontwikkelen leerlingen zich ook op andere schaalniveaus als burger: lokaal, regionaal, nationaal, Europees en mondiaal. Ze ontdekken overeenkomsten en verschillen tussen mensen, landen, culturen, religies, levensovertuigingen en politieke stromingen. Dit biedt een basis voor een klimaat waarin leerlingen leren elkaar en anderen te begrijpen, te waarderen en te respecteren. Daarbij leren ze zich ook te verplaatsen in elkaars en in andermans perspectieven.
De visie hebben we uitgewerkt naar de volgende grote bouwstenen; democratisch handelen, maatschappelijk verantwoord handelen, omgaan met verschillen en omgaan met conflicten.
Bouwstenen
Democratisch handelen
De leerlingen hebben kennis van de democratische rechtsstaat. Ze kennen de werking ervan op plaatselijk en landelijk niveau. Ze kennen (de werking van) de democratische basiswaarden.
De leerlingen kunnen op een democratische manier met anderen omgaan doordat ze hun eigen mening kunnen verwoorden, goed kunnen luisteren naar andere meningen en rekening willen houden met ideeën van anderen.
De leerlingen zijn bereid om in besluitvormingsprocessen rekening te houden met anderen en afspraken na te komen. Leerlingen zijn bereid om het gezag van de overheid te accepteren.
Maatschappelijk verantwoord handelen
De leerlingen zijn bereid om met inlevingsvermogen en begrip naar anderen te luisteren, anderen niet uit te sluiten, maar iedereen vanuit een gelijkwaardigheidsgevoel te benaderen. Leerlingen zijn bereid om zich belangeloos in te zetten voor anderen. Leerlingen leren om verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen gedrag, de omgeving en voor de maatschappij.
Omgaan met conflicten
De leerlingen kennen de omgangsregels vanuit de methode Kanjer en leren deze toe te passen. De leerlingen leren om conflicten op een constructieve en respectvolle manier op te lossen. De leerlingen kunnen de ander helpen, ze kunnen rekening houden met de ander en ze zijn in staat om op te komen voor anderen. De leerlingen zijn in staat om binnen hun eigen context onverdraagzaamheid af te wijzen.
Omgaan met verschillen
De leerlingen (her)kennen overeenkomsten en verschillen tussen mensen, groeperingen, genderidentiteiten, geloofsovertuigingen en vormen van samenleven. De leerlingen kunnen op een respectvolle wijze omgaan met verschillen. De leerlingen zijn bereid om de verschillen die er in Nederland zijn onder ogen te zien en daar respectvol naar te handelen.
Deze vier bouwstenen zijn verder uitgewerkt in een leerlijn voor steeds opeenvolgende leerjaren.